De Geneeskundestudent geeft speech tijdens Ontbijt met de Minister

Op 20 september was onze voorzitter Pim den Boon te gast bij het Ontbijt met de Minister. Naast minister Kuijpers waren diverse beroepsorganisaties vertegenwoordigd, waaronder De Jonge Specialist, de KNMG en LAD. Pim mocht namens De Geneeskundestudent een speech geven, een hele eer! Het thema was: Hoe houden we het artsenvak toekomstbestendig?

Lees hieronder de volledige speech:

Over twee dagen ben ik klaar met de studie geneeskunde. Ik denk dat ik geriater wil worden, dus mijn laatste coschap loop ik op die afdeling.

Vorige week sprak ik tijdens mijn coschap een patiënt die vroeger arts is geweest over zijn ervaringen. U heeft allemaal wel een gepensioneerde collega, dus u kunt zich vast wel voorstellen met hoeveel overtuiging en enthousiasme hij vertelde over zijn werk en levenslange leerschool. Veel is veranderd. Nieuwe technologieën, behandelingen. En toch lijkt, als ik kijk naar de kwaliteit van de ziekenhuiswifi of de dienst-Nokias die ik soms in mijn hand gedrukt krijg, de zorg soms ook nog wel achter de feiten aan te lopen.

Maar: er is één ding waarover alle artsen het eens lijken te zijn, één aspect van het werken in de zorg is wel gigantisch aan het veranderen. En daar vinden we van alles van. Laat ik dicht bij mezelf blijven: het zijn de coassistenten en jonge artsen. In de zorg leeft de gedachte dat de nieuwe generatie artsen totaal anders is dan vroeger. Al is dat misschien ook van alle tijden. In Medisch Contact wordt erover geschreven, en vooral op de website op gereageerd. In de wandelgangen wordt er over gepraat: “De co’s van tegenwoordig…” of “in mijn tijd…” Oké, denkt mijn generatie dan, en ik zeg met opzet niet: “oké boomers.” Nee, ik denk: oké, laten we deze verandering, die we dus allemaal zien gebeuren, die de realiteit is en niet te stoppen is, niet verketteren, maar juist aangrijpen om na te denken welke veranderingen er wezenlijk nodig zijn om de zorg voor ons beter te maken: voor de patiënt, voor de gevestigde arts en voor de jonge zorgprofessional die instroomt in de medische sector.

 Want we moeten wel veranderen. Ik maak me namelijk grote zorgen over over 20 à 30 jaar, over de tekorten die er nu al zijn in alle delen van het zorglandschap, bij alle zorgprofessionals… Die tekorten vind ik als jonge arts beangstigend. En de voorspellingen over de toenemende zorgvraag en dus ook de vraag naar zorgpersoneel stemmen me allesbehalve gerust. Wat mij betreft dreigt een absoluut doemscenario reëel te worden. De urgentie om dit te voorkomen is – letterlijk – van levensbelang.  

Welke mogelijkheden hebben we? Ik heb niet de waarheid in pacht, maar wel wat suggesties.

We moeten op een andere manier naar gezondheid gaan kijken, dan dat ik tijdens mijn studie aangeleerd heb gekregen: niet alleen maar naar ziekte en het behandelen daarvan, maar ook naar de factoren in een mensenleven die op termijn tot zorgbehoefte leiden. Preventie dus. En we moeten realistische keuzes gaan maken over behandelingen en beleid; dat leer ik ook op de geriatrie. En daar moeten wij als zorgprofessionals het voortouw in nemen. Daarnaast, en daar wordt vaker over gepraat, moeten we alles op alles zetten om werken in de zorg aantrekkelijk te houden.

Daarmee kom ik terug bij de opmerking waarmee ik dit praatje begon, en dat zeg ik tegen u maar ook tegen de artsen bij wie ik coschap loop: stop er dan mee om de nieuwe generatie artsen in de mal te drukken waarin hun voorgangers altijd gewerkt hebben. Doen we dat niet, dan raken we enthousiaste aanstaande artsen voortijdig kwijt: de geneeskunde is het mooiste vak dat er is, maar vergt wel grote offers van wie er werkzaam is. Tijd, want een zorgprofessional heeft nooit een 9-tot-5-baan. Stress, want het werk draait uiteindelijk om de kwaliteit van andermans leven – of zijn dood – of de weg daarnaartoe. Privé, want als zorgprofessional laat je werk je nooit helemaal los.

We moeten deze offers oplossen. Voor mijn generatie gaat het leven om meer dan werken. Zorg dus voor laagdrempelig omgangsvormen, meer teamwerk en minder hiërarchie, faciliteer flexibiliteit, verlicht de werkdruk met name door de regelgeving te vereenvoudigen en de administratie te versimpelen.

Ik dus wel wat ideeën over hoe we werken in de zorg aantrekkelijk kunnen houden. Maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan. We moeten het samen voor elkaar krijgen. Mijn vraag aan u is dan ook dit serieus te nemen, en ermee aan de slag te gaan samen met uw collega’s, vooral uw jongere collega’s, zij die zich nu naar u schikken en naar uw voorbeeld vormen, maar die hun eigen pad willen en moeten kiezen. Want clichés als ‘vroeger was alles beter’ en ‘in mijn tijd pasten we ons aan’ leiden niet tot de veranderingen die nu nodig zijn om de zorg in de toekomst op orde te houden.

Over 20 jaar hoop ik, dat als ik een jonge enthousiasteling met mij mee heb lopen, ik trots kan vertellen dat we alles op alles hebben gezet om het werk voor hem of haar zo mooi mogelijk te maken.

Aankomende evenementen

Actieve Projecten

Planetary Health & Duurzaamheid

Lees verder

Tegemoetkoming

Lees verder

Selectie

Lees verder

Bekijk alle projecten